| Omschrijving |
|---|
|
Biejeingezeumerd 2012-1 Blz. 2 Van de redactie Uit de vereniging: Blz. 2 Dak boven ons hoofd Blz. 3 Boeiende lezing over de Bokkenrijders op 26 april a.s. Blz. 4 Presentatie ‘Zal ich dich ’ns get zègke’ op zaterdag 26 november 2011 Blz. 8 Excursie pannenfabriek Monier op 3 november 2011 Blz. 9 St. Elisabethshof in het Leudal Blz. 10 Kerstwandeling 2011 Blz. 12 Lezing: Soldaten voor Napoleon op 31 januari j.l. Blz. 13 Wie helpt met het opbouwen van een geluidsarchief? Blz. 13 Jaarpro Meer ... |
| Tekst |
|---|
|
Inhoud Jaargang 5 - 2012 - 1 Blz. 2 Van de redactie Uit de vereniging: Blz. 2 Dak boven ons hoofd Blz. 3 Boeiende lezing over de Bokkenrijders op 26 april a.s. Blz. 4 Presentatie ‘Zal ich dich ’ns get zègke’ op zaterdag 26 november 2011 Blz. 8 Excursie pannenfabriek Monier op 3 november 2011 Blz. 9 St. Elisabethshof in het Leudal Blz. 10 Kerstwandeling 2011 Blz. 12 Lezing: Soldaten voor Napoleon op 31 januari j.l. Blz. 13 Wie helpt met het opbouwen van een geluidsarchief? Blz. 13 Jaarprogramma Maas- en Swalmdal en MHVS 2012 Blz. 14 Wandelingen Swalmdalgidsen en kanotochten 2012 Blz. 14 Programma IVN De Steilrand 2012 Overige artikelen: Blz. 14 Kroniek van Swalmen, oktober, november en december 2011 Blz. 16 Wandelnetwerk Knopen lopen in de gemeente Beesel Blz. 16 Ommetje Natuurlijk Asselt Blz. 19 Wilgeketjes Blz. 20 Flora en fauna (22) Blz. 22 Van hot nao haar door ‘t Zjwaams Waordebook (21) Blz. 23 Het ontstaan van de Beeselse Harmonie Blz. 27 Heijerkepelke Blz. 28 Inleijing: euver Sjlechtermaan, Karel de Grote, Wodan en Noah ...(1) Blz. 29 Euver Sjlechtermaan kóm ich neet oetvertèld Blz. 32 Uit de oude doos Foto’s aangeleverd door: Hans Simons Jos Killaars Thei Derks Bart Lintjens Wiel Luys Annie en Harry Cuypers Archief Pierre Claessen Pentekeningen Piet van Buggenum Archief Wim Geraedts Archief Johanna Cox-Geraedts blz. 5-7, 10, 11, 14, 15, 19, 21, 21 blz. 8 blz. 12 blz. 15 blz. 16 blz. 17, 18 blz. 25, 26 blz. 27, 28 blz. 29 blz. 32 1 No. 1 |
|
Van de redactie Voor de omslag van Biejeingezeumerd 2012 koos de redactie voor een viertal zichtbare herinneringen aan menselijke activiteiten in het verleden in ons werkgebied. De prehistorische bronstijdgrafheuvel aan de Kroppestraat in Swalmen maakt deel uit van een groter complex van dergelijke heuvels in de omgeving. Het zijn aarden wallichamen waaronder zich een graf of urn bevond. De heuvels werden in 1938 en 1969 aan uitgebreid archeologisch onderzoek onderworpen en geschat op ± 3500 jaar oud. Het zogenaamde Noormannenpoortje in het kerkje van Asselt is een bij de restauratie in 1917 dichtgemetselde oude toegang van de kerk. Er is Romeins bouwmateriaal voor gebruikt zoals dakpanfragmenten en ronde rode terracotta tegels die deel uitmaakten van de pilaartjes voor de vloerverwarming (hypocaustum). De kronkelige muur van het oude kerkhof in BeeselOuddorp werd in 1697 geheel opnieuw opgebouwd uit veldbrandsteen. Erbinnen bevond zich een 12e eeuws kerkje dat eveneens aan vernieuwing toe was. In 1740 al moest de muur gerestaureerd worden, omdat ze “op veul platsen om verre viel”. Op de muur groeit de zeldzame gele helmbloem. Het Grietjensgericht op de grens Beesel/Swalmen aan de Prinsendijk is de oude gerechtsplaats van de gemeente Beesel. Het rad dat hier in 2011 geplaatst is op een gerestaureerde grafheuvel is een door scholieren van VMBO-Broekhin gemaakte replica van een rad dat hier gestaan heeft in 1662. Op deze plek werd ± 360 jaar geleden het Beeselse meisje Grietje Giesberts terechtgesteld. Uit de vereniging: Dak boven ons hoofd beeld gebruik maken van een rollator of rolstoel. Het parochiekantoor ligt aan de Pastoor Vranckenlaan 6 en is gemakkelijk te vinden. Tussen de achterkant van de Lambertuskerk en de zijkant van het voormalig klooster ligt een steeg. Aan de Past. Vranckenlaan staat bij de ingang van die steeg een blauw straatnaambordje met Processiestraat en een wit bord met Parochiekantoor. Na enkele meters ligt aan de rechterhand de ingang. Het kan dus niet missen. Het parochiekantoor beschikt over een grote ruimte waar naast onze verenigingsavonden ook andere activiteiten gehouden kunnen worden. Veel glas zorgt voor openheid, contact met de aangrenzende tuin en –ook niet te versmadeneen ruime mate aan lichtinval. Deze locatie heeft voor ons echter ook een beperking. Omdat we geen wanddecoraties kunnen ophangen of vitrines kunnen plaatsen, is het er moeilijk om ons eigen gezicht te laten zien. Wel hebben we een voorziening kunnen treffen om onze boeken en documentatie hier onder te brengen zodat die op de vaste verenigingsavond geraadpleegd kunnen worden. U herinnert zich nog ons depot uit het Willem Limburghuis? Dit bleek zo omvangrijk dat we het slechts extern konden onderbrengen. Het grootste Allereerst onze dank aan de redactie dat men ons, na het verstrekken van de deadline, toch nog de gelegenheid heeft gegeven om de leden het volgende onder de aandacht te brengen. Na een reeks van jaren heeft Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal de bovenverdieping van het pand Willem Limburg in Reuver moeten verlaten. In ons vorige verenigingsblad waren we nog overtuigd dat we in een korte tijd over een moderne, vervangende verenigingsruimte zouden kunnen beschikken. De inkt was echter nog niet droog of de ‘ja maars’ of de ‘zo hebben we het niet bedoeld’ en de ‘dat hadden we niet gedacht’ dienden zich aan. Om een lang verhaal kort te maken: we hebben nu een tijdelijk onderkomen gevonden in het parochiekantoor van de St. Lambertusparochie te Reuver. Hiervoor zijn we het kerkbestuur zeer erkentelijk. Midden in Reuver, goed bereikbaar, ook voor mensen die wat minder goed ter been zijn en die bijvoor- 2 |
|
gedeelte bevindt zich in de kelder van VMBO Bisschoppelijk College Broekhin aan de Parklaan in Reuver. Een ander deel van onze inventaris wordt tijdelijk opgeslagen in een schuur (Heideheim) van Twan Niessen, van een van onze leden. Vanaf deze plaats hiervoor onze erkentelijkheid. ook voor Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal een passende verenigingsruimte. Als deze regels worden geschreven is net het besluit genomen dat de Elfstedentocht niet doorgaat. In Friesland klinkt dus geen: ‘’t Giet oan’. Voor ons echter is nu het definitieve besluit genomen om te verhuizen. We hebben lang in onzekerheid gezeten maar nu kan, met een knipoog naar de Friezen, eindelijk de verlossende uitspraak worden gedaan: ‘Veur gaon draan!’ Als dit verenigingsblad bij u in de brievenbus zit, dan is de verhuizing in volle gang of heeft juist plaats gevonden. Verdere berichtgeving volgt, maar nu al zijn jullie van harte uitgenodigd om het nieuwe verenigingslokaal te komen bekijken: op de vaste maandagavond of bij een andere verenigingsactiviteit. Te denken valt bijvoorbeeld aan de lezing over de Bokkenrijders op 26 april. Het ging niet van een leien dakje maar geruststellend is de gedachte: Maas- en Swalmdal is weer onder dak! Nieuwsgierig? Kom eens kijken……… Kortom, alles is toch nog op zijn pootjes terecht gekomen. Maas- en Swalmdal heeft weer een dak boven het hoofd. Deze tijdelijke oplossing geeft ons de tijd om in rust te kijken naar een lange termijnoplossing voor onze huisvesting. We richten ons daarmee op Reuver omdat die plaats centraal in ons werkgebied ligt. Komende tijd zullen we actief op zoek gaan naar een permanent onderkomen. Als we met een of meer andere verenigingen een plek kunnen vinden die daarvoor perspectief biedt dan zullen we dit heel serieus overwegen. Daarnaast heeft ook de gemeente Beesel aangegeven actief met ons te willen meedenken waar zich wellicht een mogelijkheid zou kunnen voordoen. Als ook jullie, de leden dus, met ons willen meedenken, goed om je heen kijken en luisteren in de samenleving, dan kan het onderhand toch niet anders, of we vinden Henri Smeets namens het bestuur Boeiende lezing over de Bokkenrijders op 26 april a.s. De bokkenrijders spelen nog altijd een grote rol in de verbeelding van de mensen. Nog steeds worden er verhalen verteld over Nolleke van Geleen, over Geerlingh met de dode hand, Schinderhannes, Jan de Lichte en de Bende van Baekeland. Maar vooral over Joseph Kirchhoffs, de bekendste kapitein van de bokkenrijders. Volgens sommige historici was hij de grootste leider van de armen, die in opstand kwamen tegen de rijken die hen onderdrukten. Tijdens zijn bewogen leven groeide de chirurgijn uit Kerkrade uit tot de bekendste en meest gevreesde aanvoerder van de grootste bende van hongerlijders, struikrovers en rechteloze mensen. Besmet als hij was door de boeken van Rousseau en de andere schrijvers van de Verlichting, kwam hij op voor de onderdrukte mensen en vormde hij een bijna militair optredende bende. Helaas is hij met zijn mannen te vroeg in de pan gehakt. Ze werden opgehangen, gevierendeeld, levend verbrand of stierven op het rad. De bendes van de bokkenrijders ontstonden vooral door de grote hongersnoden in de achttiende eeuw. Om sterk te staan zouden ze een verbond met de duivel hebben gesloten. In het volksgeloof werd de duivel vaak als een bok met horens afgebeeld. Bij bijeenkomsten die de bokkenrijders ’s nachts hielden, zouden ze als zinnebeeld van hun verbond met de duivel een beeldje van een bok 3 |
|
Datum: donderdag 26 april. Aanvang 20.00 uur. Toegang voor leden gratis en aan niet-leden vragen we een bijdrage van 3 euro (inclusief koffie). Door vooraf te reserveren bent u zeker van een plaats. Want vol = vol. op tafel hebben gezet. Het zou zijn gesmeed van het goud van uit kerken geroofde kelken en monstransen. ’s Nachts zouden de bokkenrijders zich op de rug van bokken door de lucht verplaatsen. Waren het echte misdadigers? Iedereen die in de gewelddadige achttiende eeuw niets had, werd voor galg en rad geboren. Vooral hongerige mensen en verschoppelingen eindigden hun leven aan de galgen die overal in Nederland, België en Duitsland groeiden als strohalmen. Bij de vorige lezing hebben we ruim veertig mensen moeten teleurstellen omdat alle stoelen bezet waren. Dus wacht niet te lang! Let op! De lezing vindt plaats in het parochiekantoor te Reuver. Hoe te vinden? Ga in Reuver naar de Pastoor Vranckenlaan, ga direct voorbij de kerk linksaf. Tussen de kerk en het voormalig klooster ligt een goed verlichte steeg met de ingang naar ons verenigingslokaal. Het gebouw is prima toegankelijk (ook voor rollators en rolstoelers). Voor info en reserveringen: Henri Smeets 0475-502241 (na 18.00 uur) of via mail tot vier dagen vóór de lezing: h_smeets@hotmail.com. In zijn lezing vertelt Ton van Reen over de opkomst en ondergang van de bendes, en over hun invloed op het leven in de achttiende en de negentiende eeuw. Om het verhaal aanschouwelijk te maken, toont hij tijdens de lezing een veertigtal grote platen in kleur met afbeeldingen van de onderwerpen waarover hij spreekt. Kortom, het belooft weer een zeer boeiende avond te worden. De lezing wordt aangeboden door Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal in samenwerking met de MHVS Swalmen. Presentatie ‘Zal ich dich ‘ns get zègke’ van het Zjwaams zijn afgeleid. Hij filosofeert nog bij uitdrukkingen als ‘mit losse henj fietse’ en de uitdrukking ‘zoepe wiej ‘ne kaetellepper’ roept bij hem herinneringen op aan zijn reizen naar India. Omdat dat beroep hier is uitgestorven zullen we in de toekomst misschien gaan zeggen ‘zoepe wiej ‘ne posbode of ‘ne kapper. Wat we ook echt moeten lezen is ‘aafkloppe op óngevèrf hout’. Dan krijgen de tafels ook weer rust, aldus Toine, die het woord graag aan oud-streektaalfunctionaris Pierre Bakkes wil geven. Als zaterdag 26 november 2011 om 14.30 uur een veertigtal genodigden, waaronder de familie Van Buggenum, voorzien is van koffie en een stuk vlaai, opent MHVS-voorzitter Toine Wuts de bijeenkomst. Hij heeft als voorzitter de eer om alweer de aftrap te geven voor een heuglijk feit: de uitgave van het Zjwaams gezèkdesbook. Het lijkt wel of de geschreven wijsheid uit Boukoul moet komen; in 2005 de uitgave van het Zjwaams waordebook op initiatief van Henk Meuffels, en vandaag dan een vergelijkbaar waardevol document over de gezegdes, dat nu voor eeuwig is vastgelegd voor Swalmen, Boukoul en Asselt. Deze keer is Harie van Buggenum de initiator. Mocht Harie nog zijn twijfels hebben gehad of het boek wel op tijd klaar zou zijn, kwaliteit heeft zijn tijd nodig, aldus Toine. Hij heeft het boek al even in kunnen kijken en gezien dat het een plezier is om in dit boek te lezen. Je moet er wel diep bij nadenken. Verder heeft hij geconstateerd dat er veel Nederlandse spreekwoorden kennelijk Omdat ook alle andere sprekers hun verhaal, vaak doorspekt met uitdrukkingen, in het dialect houden, zullen verder in dit verslag de meest karakteristieke teksten letterlijk in het dialect worden weergegeven. Met dank aan de sprekers die hun teksten welwillend ter beschikking stelden. Pierre houdt zijn verhaal op speciaal verzoek van Harie, maar natuurlijk wel in het Mofers. Dames en hieëre Väöl miense meine det bekans alle spraekwäörd en 4 |
|
banaal, mer ‘t is ‘n väöl steviger opdrach es ‘Doot de deur ‘ns toe!’ - Óm die taal baeter te kónne ónthaje. Pakkendje taal vergitj me neet zoea gaw. - Ómdet ‘n deil miense groeat plezeer draan höbbe óm mit häör taal te spele. In spraekwäörd en oetdrökkinge zitj ‘t begin van dichte!!! Welk spel zitj dan in spraekwäörd en oetdrökkinge? - Riem op ’t inj. Mit meine besjeet d’r zich èns eine.. - Beginriem. Door waer en windj gaon. - Sterke beeldjspraok. Ze euver de klote kriege. - Midderiem. Nieks oppe röbbe höbbe. En waat maak ‘t book van Harie zoea bezónjer? Harie is ‘ne echte kinner van ’t Zjwaams plat, mer ouch van alderlei ómstenj wo-in ’t Zjwaams gebroek waert. Hae is ‘ne gebaore vertèller, ‘ne óngerhajendje sjriever en emes dae de taal eigezinnig analyseert. Det zuus se bieveurbeeldj in ‘Veur daag en dauw’. Hae zitj taegeneuver dich ane taofel en maak dich op allerlei aspecte vanne taal attent: of ’n oetdrökking ech Zwaams is, in welke ómstenj ze gebroek wuurt, of dao taengespraok in zitj en of dao homonymie (geliekklinkend waord mit ’n aafwiekende beteikenis: geit-geit) in zitj. oetdrökkinge specifiek veur éin plaats zeen. Det is neet zoea. De meiste kómmen in e groeat gebied veur. Dao zeen waal specifieke plaatselike spraekwäörd en oetdrökkinge. Meistal gaon die den euver get waat op anger plaatse neet veurkump. Es se de bestaondje waordebeuk mit spraekwäörd en oetdrökkinge bekieks, bliek det de meiste stökskes taal dezelfdje zeen. Dao is döks get versjil in waordkeus. ’t Meiste versjil zitj inne klanke: die kómme in Limburg per plaats dök op anger plaatse inne wäörd veur. Of dao zeen bepaoldje versjiensele die waal of neet veurkómme; b.v. mouillering (veurbeeld-veurbeeldj). Spraekwäörd en oetdrökkinge zeen paeper en zaat van eder taal. Tale die neet of neet väöl opgesjreve zeen of waere, höbbe net zoea väöl spraekwäörd en oetdrökkinge es tale die waal dök gesjreven waere. Alle tale höbbe trouwens ‘nen tied gadj det ze neet gesjreven wore. Woróm höbbe tale dergelik taaleige? - Óm die taal baeter aan te laote kómme bie de huuerder. Veurbeeldj: ‘t Is väöl spannendjer óm neet te zègke ‘Ich höb versjrikkelike koppien’ meh ‘Ich höb ‘ne kop wie ‘nen tujerhamer’. Es se wits waat ‘nen tujerhamer is, wits se dalik wie se dich veuls. Anger veurbeeldj: ‘t is väöl verbeeldender’ es se zaes ‘Bös se inne kèrk gebaore?’ es: ‘Doe lieëts altied de deure achter dich aope’. Nag ein: ‘Plank in ‘t gaat!’ klink Pierre Bakkes feliciteert tenslotte de vereniging en Swalmen met zo’n schrijver en met deze uitgave. Dan is het tijd voor het eerste muzikaal intermezzo van ’t Truupke. Hun woordvoerder Ferdi Cabbolet vertelt dat zij het verzoek om nog eens samen op te treden na meer dan tien jaar van afwezigheid niet zomaar naast zich neer konden leggen en voor deze Boukoulse aangelegenheid de knómmele nag mer ‘ns biejein höbbe gegoodj. De köp zin verajerd, de 5 |