| Omschrijving |
|---|
|
Inhoud Jaargang 13 – 2020 No.3 Uit de vereniging: Blz. 2 40 jaar Milieu- en Heemkunde Vereniging Swalmen en 40 jaar Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal Blz. 2 Schenkingen Blz. 2 Jaarprogramma Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal – MHVS Overige artikelen: Blz. 3 Wij verlieten ons vaderland Blz. 6 Aezelprojek Blz. 7 Kroniek van Swalmen, april, mei en juni 2020 Blz. 8 Mijnhouthandel Reuver Blz. 9 Wat zien we op een foto van de St. Lambertuskerk uit 1943? Blz. 10 Een circus opgericht d Meer ... |
| Tekst |
|---|
|
Inhoud Jaargang 13 – 2020 No.3 Uit de vereniging: Blz. 2 40 jaar Milieu- en Heemkunde Vereniging Swalmen en 40 jaar HeemkundeVereniging Maas- en Swalmdal Blz. 2 Schenkingen Blz. 2 Jaarprogramma Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal – MHVS Overige artikelen: Blz. 3 Wij verlieten ons vaderland Blz. 6 Aezelprojek Blz. 7 Kroniek van Swalmen, april, mei en juni 2020 Blz. 8 Mijnhouthandel Reuver Blz. 9 Wat zien we op een foto van de St. Lambertuskerk uit 1943? Blz. 10 Een circus opgericht door een Belfeldenaar Blz. 13 Geërfd, overgenomen of geleend? Blz. 14 De Maasgouw Blz. 15 Groenewoud Blz. 16 Uit de oude doos Blz. 16 Gerichtsprotocollen Beesel-Belfeld (3) Blz. 18 De Swalmbode, weekblad voor Swalmen, Boukoul en Asselt Blz. 19 Poor of prei? Blz. 20 Zo was het Foto’s aangeleverd door: Marjan Blom Archief MHVS Hans Simons Agnes van der Linden-Schoeren Archief W. van Diepen Nico Berger Theo Derks Archief HVMS blz. 2 blz. 7, 9, 15 blz. 8, 18 blz. 8 blz. 10, 11, 12 blz. 15, 16 blz. 20 blz. 20 1 |
|
Uit de verenigingen: 40 jaar Milieu- en Heemkunde Vereniging Swalmen en 40 jaar HeemkundeVereniging Maas- en Swalmdal Beste leden, Dit jaar bestaan onze beide verenigingen 40 jaar. Beide verenigingen waren voornemens dit samen met hun leden te vieren. 40 Jaar inzet voor heemkunde, natuur, milieu en behoud van vele waardevolle zaken, in de regio tussen Roermond en Venlo, kunnen wij niet ongemerkt voorbij laten gaan. Helaas leven wij momenteel nog in het Coronatijdperk, waar weliswaar de maatregelen versoepeld, maar de gezondheidsrisico’s nog niet verdwenen zijn. Vandaar dat beide besturen hebben besloten de geplande activiteiten tot volgend jaar op te schorten. Uitstel maar zeker geen afstel. Wij hopen iedereen volgend jaar weer te kunnen uitnodigen en wensen jullie een goede gezondheid toe. Namens bestuur MHVS Toine Wuts, voorzitter Namens bestuur HeemkundeVereniging Maas-Swalmdal, Henri Smeets, voorzitter Schenking aan de MHVS - Uit de nalatenschap van mevr. Nelly von Berg-Meuter ontvingen wij een drietal brieven die zij schreef over de evacuatie. Een waardevolle toevoeging aan ons oorlogsdossier. Met dank aan de heren Jos von Berg en Ger Leppers. - Dhr. Thissen uit Kerkrade heeft ons ca. 4.000 overlijdensprentjes geschonken, 1 briefhoudermap, foto’s van kasteel Hillenraad en krantenartikelen van de verbouwing van het gemeentehuis Roermond van 31 december 1959. Verder diverse inventarissen Rijksarchieven in Limburg vanaf 1200 tot de Franse Tijd en enkele uit de 19e eeuw. - Dhr. Jos Alers schonk ons een tegel met het oude Roermondse wapen en Uit de Maasgouw, 13e jaargang, 15 juni 1891, no. 38: ‘Nieuw loflied van Swalmen’ (zie pagina 14). Jaarprogramma Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal en Milieu- en Heemkunde Vereniging Swalmen 2020 18 oktober 24 oktober november november Herfstwandeling in samenwerking met IVN De Steilrand Nacht-van-de-Nachtwandeling Presentatie jaarboek (Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal) Heemkundeleden vertellen over hun passie…. (Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal) december Lezing door Barbara Beckers ‘Toen ging het op mars’ (Heemkundevereniging Maasen Swalmdal) 26 december Kerstwandeling (gezamenlijke activiteit) En verder... het programma kan nog worden aangepast, afhankelijk van de huidige richtlijnen van 2 |
|
de overheid. Er staan (onder voorbehoud) enkele kleine excursies op het programma. Nadere publicaties op http://www.facebook.com/mhvs.swalmen en Puiklokaal.nl. Wandelingen Swalmdalgidsen en kanotochten. Deze activiteiten worden georganiseerd door Staatsbosbeheer en zijn niet gratis. Zie ook www.natuurlijkasselt.nl en voor de wandelingen met de Dorpsgidsen in Beesel, zie www.rondleidinginbeesel.nl. Het jaarprogramma van IVN De Steilrand is te vinden op http://ivn.nl/afdeling/de-steilrand. Voor actuele meldingen over deze activiteiten volg onze agenda. Berichtgeving over aanstaande activiteiten worden ook bekend gemaakt via de digitale nieuwsbrief ‘De Kleine Zeumer.’ Aanmelding daarvoor kan door een mail te sturen aan twanernst@ziggo.nl. Wij verlieten ons vaderland Lei Litjens Zoals onze Reuverse en ook vele Beeselse lezers bekend zal zijn, emigreerde onze dorpsgenoot de heer Litjens met vrouw en kinderen naar Australië. Lei heeft zich bereid verklaard ons in enkele brieven hierover een en ander te vertellen, hetgeen zeker voor aspirant-emigranten zeer interessant zal zijn. Wij danken Lei hartelijk voor deze bereidwilligheid en wensen hem in zijn nieuwe vaderland een gelukkige toekomst. dere geestelijke een auto ter beschikking, maar dat is met die afstanden hier ook noodzakelijk. Na de H. Mis ontmoet je de bekenden, die hier en daar verspreid wonen. Dan kun je nog eens Hollands praten. Iemand vertelde mij dat in Bendigo timmerlieden gevraagd werden. Of dat iets voor mij was? Hij gaf mij het adres van een priester daar ter plaatse. Ik moest maar naar hem toegaan en die zou voor het verdere zorgen. De volgende morgen om 9 uur stapte ik in de bus die mij naar Bendigo zou brengen, 75 km van Hepburn vandaan. Ver, vindt u niet? O nee, dat is hier vlakbij! Father de Campo, een nog jonge Australische priester, ontving mij zeer hartelijk. Hoevelen hij er al geholpen heeft weet ik niet, maar het zijn er honderden op alle mogelijke manieren. Deze aan een huis, die aan werk enz. enz.. Hij pakte direct zijn auto en bracht mij naar een grote firma die huizen aan de lopende band maakte. Ik kon er direct beginnen. Hij zorgde verder voor een goed kosthuis en zo was er weer een toegevoegd aan de lange lijst van mensen die hij belangeloos geholpen had. Het overige lag nu aan mij zelf. Ik kan u wel zeggen dat de eerste maanden zéér moeilijk voor mij waren. Ik werd daar ineens tussen 30 - 40 mensen gezet, die een heel andere taal spraken, een heel andere methode van werken en heel ander soort werk. Zelfs de maten waren anders. Ze gebruiken hier de yard, verdeeld in voet en inches. Zeer lastig om aan te wennen. Ik durf gerust te bekennen dat mij vaak iets opgedragen werd waar ik geen woord van verstond! Een oude man die daar ook werkte, legde mij geduldig alles uit. Veel heb ik aan deze ‘Old Jim’, zoals hij genoemd werd, te danken. Later Hier volgen de zesde en zevende aflevering van Lei Litjens’s verhaal: ‘Wij verlieten ons vaderland’, uit ‘Ons weekblad, 16e jaargang, november – december 1953’. Doordat we verhuisd zijn naar een nieuwe woning, gebouwd door de baas, heb ik een keer niet kunnen schrijven, maar nu gaan we weer verder. We zullen het verhaal weer opnemen waar we het beëindigd hebben, namelijk mijn relaas over de kerk. We beginnen dan met te vertellen, dat de mensen hier in de kerk zeer eerbiedig zijn. Men stormt niet naar de communiebank, maar iedere bank wacht rustig de beurt af. En na de Consecratie geen gestommel, geen hoesten, men blijft stil op de knieën zitten tot de communie is geweest, dan gaat men zitten. Het gebeurt wel eens dat een hond de kerk binnen komt wandelen, maar niemand stoort er zich aan. De priesters hebben het zwaar hier. Ze moeten drie tot vier parochies bedienen. Wel heeft ie- 3 |
|
heb ik hem ook diensten terug kunnen bewijzen. één keer een lift meegemaakt die een verhaal op zichzelf vormt. Ik stond langs de weg maar het liften vlotte niet erg. Ik begon al een beetje ongerust te worden. Ik was bang dat ik niet meer thuis zou komen. Op een gegeven moment komt ‘n vehikel aanhobbelen, dat bleek een auto te zijn geweest. Recht tegenover mij stopte dat ding. Een hoofd kwam door het portier en vroeg: “Wat wil je?” (in het Engels natuurlijk). Toen ik hem dat duidelijk had gemaakt, zei hij dat ik maar in moest stappen. Met een ‘elegant sprongetje’ zette de ‘auto’ zich in beweging. Naast mij lag iemand te snurken. De hele cabine rook naar drank. Na enkele mijlen afgehobbeld te hebben vroeg de chauffeur weer wat ik wilde. Ik zei hem dat en tevens dat ik Hollander was. Op het woord ‘Hollander’ veranderde het gezicht van de man op slag. Met een ruk bracht hij de car tot stilstand. Ik dacht: ‘nou vlieg je eruit’ of zoiets, maar niks hoor. Hij rommelde wat in het hokje vóór hem en diepte daaruit een fles jenever en een beduimeld glas op. Hij vulde dit tot aan de rand, gaf het mij en zei dat ik het uit moest drinken op het welzijn van Queen Elisabeth en Koningin Wilhelmina. Hij was in de veronderstelling dat deze nog koningin was. Weigeren durfde ik niet. Toen ik het goedje in mijn keel goot was het net of ik vuur op mijn tong kreeg! Of ik wilde of niet, ik moest het helemaal uitdrinken! Alleen de gedachte dat wij ons nogal ver van de bewoonde wereld bevonden, gaf mij de kracht dit te doen. Door het gerammel met de fles en het glas was onze dronken medepassagier wakker geworden. Ook hij deed mee aan de toost, nadat de chauffeur een glas genomen had. Na deze ceremonie gingen we weer verder. De bestuurder was flink dronken. Dit was heel goed te zien aan het rijden. Ik kneep ‘m dan ook op deze smalle weg, met aan weerszijden soms diepe ravijnen. Na een half uurtje werd mij weer gevraagd wat ik wilde. De ceremonie herhaalde zich. Wéér een glas jenever allemaal … Toen hetzelfde zich voor de derde maal voordeed werd het mij te bar. Ik zou en moest uit die auto. Ik vroeg hun te stoppen daar ik naar een zekere plaats moest. Heel bereidwillig werd gestopt. Toen ik uitstapte viel de ene er half uit. Ik bracht hem in zijn vorige houding terug. Ik liep de weg op om te zien of ik soms een andere auto kon aanhouden, maar niets, niets dan bos … Wat moest ik beginnen? Ik ging naar de auto terug en ontdekte toen dat mijn twee klanten lagen te slapen als rozen, dwars over elkaar! Wat nu? Ik liep nog wat doel- In die eerste tijd heb je al je wilskracht nodig om door te zetten, maar ik had in Holland al een harde leerschool gehad om de emigratie voor elkaar te krijgen, zodat ik deze moeilijke tijd ook doorworstelde. Een goede vrouw met pioniersgeest doet dan wonderen! De firma waarbij ik begon te werken, maakt de huizen op een groot vlak terrein helemaal klaar. Ze worden dan in 2 of 3 (naargelang de grootte) stukken doorgesneden. Daarna komt een speciale truck waar ze op geladen worden en dan gaan ze naar iedere gewenste plaats. Het is een gek gezicht, zo’n huis over de weg te zien rijden en zo’n 450 km ver weg te zien gaan. Ze schrikken hier nergens voor terug. Het huis kost ongeveer f 18.000,-. De keuken en de badkamer zijn compleet ingericht. De elektriciteit en het sanitair zijn ook aangebracht. Van binnen en buiten geschilderd. U ziet: helemaal klaar. Na een maand tot zes weken was ik gewend aan hun manier van werken en kon zelfs al brokstukken van gesprekken, die ze onderling voerden, verstaan. Twee Italianen en ik bedienden de machines. We maakten al het hout dat machinaal bewerkt moest worden klaar en kregen zelfs af en toe een pluimpje dat een en ander zo goed afgewerkt was. We slepen dan ook geregeld beitels, zagen enz. en dat werd vóór die tijd nogal eens verwaarloosd. Voor ik verder ga wil ik even zeggen, dat alles wat ik hier schrijf persoonlijke indrukken en belevenissen zijn van de plaatsen waar ik was. Het is best mogelijk dat het elders in Australië anders is, dit geldt ook voor het andere dat ik verder nog zal schrijven. 1 november 1953 Wat het loon betreft, dat was goed. Ik verdiende daar f 150,- in de week. We werkten van ‘s morgens half acht tot 12 uur. En ‘s middags van 1 tot 4 uur. Zaterdags helemaal niet. Naar en van het werk werden we per auto vervoerd. Gemakkelijk hé! Door de grote afstand ging ik alleen maar zaterdags en zondags naar huis. En omdat op vrijdagavond geen bus meer ging deed ik dat liftend. Ik was altijd binnen twee uur thuis. Ik heb gezeten in prachtige luxe wagens, in trucks, op ‘n motorfiets en zelfs in auto’s van 1923 die hier nog op de weg zijn! Ik heb 4 |
|
loos rond tot ik plots in de verte een auto hoorde naderen. Deze stopte en de chauffeur vroeg of ik de auto kapot had. Ik legde het geval uit en het slot was, dat deze auto mij helemaal naar de plaats van bestemming bracht. Tot de volgende keer, Lei. hoogte was van het houtwerk van stenen huizen én houten, was ik de aangewezen man hiervoor. Ik zou méér loon krijgen en een week voor proef. Als het mij beviel, zou ik direct een huis krijgen. Het klimaat was mooi enz. enz.. In ieder geval: ik besloot er een week voor proef naar toe te gaan. Beviel het mij niet dan was er nog niets verloren. Vrijdags bracht iemand mij in de auto erheen. Deniliquin ligt plm. 80 km ten noorden van Bendigo. De weg was niet slecht, wel zeer eenzaam. Aan weerszijden onafzienbare vlakten met hier en daar groepjes schapen of bomen. Een vogelliefhebber zou hier zijn hart kunnen ophalen. Hele zwermen sneeuwwitte papegaaien, prachtig gekleurde parkieten, zwarte zwanen, eenden en nog veel meer vogels, waar ik de namen niet van ken, vlogen krijsend weg als we voorbij stoven. Konijnen liepen ons letterlijk onder de voeten of liever onder de wielen. Die worden er hier wat doodgereden en met duizenden vergiftigd (konijnenziekte? – red.) maar een andere keer hier meer over. Na bijna 3 uur bereikten we ons doel. Bill, mijn nieuwe baas, was een gemoedelijke kerel. We gingen eerst diverse werken bekijken waar hij mee bezig was en waar ik de volgende dag zou starten. Ik kreeg in zijn huis een kamer. Het was een groot huis. Een andere knecht (een Letlander) sliep ook in een kamer. Koken deden we zelf. Het huis beschikte over een modern uitgeruste keuken. Alles elektrisch. Toch geloof ik, als een vrouw ons had bezig gezien in de keuken, zij wel eens met het hoofd had geschud. Deniliquin, 6 december 1953 Het woningprobleem is hier zeker zo groot als in Holland. Ik voor mij meen nog groter! Als men ziet hoe hier de mensen soms leven, in tenten, in kleine zelfgemaakte woonwagens enz., dan vraagt men zich af hoe dit mogelijk is in zo’n rijk land. In hoofdzaak komt dit door de snelle bevolkingsaanwas en deze ontstaat door het grote aantal emigranten die jaarlijks Australië binnenkomen. Al wordt er ook in versneld tempo gebouwd, de vraag naar woonruimte blijft overstelpend groot. Ik vergiste mij dan ook danig toen ik dacht in Bendigo spoedig een woning te hebben. Het zou misschien een lange geschiedenis geworden zijn, ware het niet dat mijn baas voor een oplossing gezorgd had. Hij kocht een groot huis en dit zou worden ingericht voor twee gezinnen. Ik moest nog even geduld hebben. Het daarop volgende weekend ging ik met dit goede nieuws naar mijn vrouw, die, hetgeen te begrijpen is, overgelukkig was. Er verliepen nog 4 weken en in die tussentijd gingen mijn baas en ik vaak kijken hoe het werk vorderde. Mij ging het natuurlijk te langzaam. Eindelijk zouden wij dan kunnen verhuizen. In de week die hieraan voorafging werd ik onder mijn werktijd op kantoor geroepen. Dit gebeurde wel vaker, zodat ik het niet ongewoon vond. Ik zag aan het gezicht van de baas, dat hij iets had. Na eerst wat over en weer gepraat te hebben, kwam hij ermee voor de dag. In Deniliquin hadden zij een nevenbedrijf, een soort filiaal. Dit werd geleid door zijn broer Bill. Omdat daar heel slecht vaklieden te krijgen waren, moesten deze van Bendigo komen. Daar ik, volgens hem, op de foto afkomstig van yesterdayandtoday.co.nz 5 |